Sjeng Verheijden
DE 10 REGELS VAN DE REGISSEUR #2
De 10 regels van de Regisseur
Die luiden als volgt:
1 Op mijn toneel gelden mijn regels.
2 Een regisseur komt altijd voorbereid.
3 Een regisseur verlaat nooit zijn toneel.
4 Een regisseur betaalt altijd met rente terug.
5 Beloftes zijn heilig.
6 Aanwijzingen hebben consequenties.
7 Het draaiboek staat altijd centraal.
8 Alle spelers zijn altijd vrij.
9 De spelers zullen ALTIJD mekkeren als de regie gevoerd wordt over hen.
Zij mogen dat.
10 Een speler hoeft het niet eens te zijn met een aanwijzing.
Hij moet het begrepen hebben.
Het omzetten van deze regels in de dagelijkse praktijk lijkt eenvoudig, maar er komt heel wat bij kijken. De consequentie die de Regisseur voor ogen heeft, wordt lang niet altijd door de Speler gevolgd. Soms met goede redenen, maar meestal niet. De Speler is een Diva, met alle kwaliteiten, maar ook alle grillen en nukken die een Diva kenmerken.
Op momenten waar de omzetting van het Draaiboek grenzen stelt aan de impulsen die een Speler volgt (en dat doet-ie altijd), wordt het lastig. De Speler lijdt dan onder zijn eigen opportunisme, gebrek aan zelfdiscipline, luiheid, ijdelheid of- en da’s meestal- angst voor wat er komen gaat. Ik kom daar later nog uitgebreid op terug.
Volgende keer gaan we de eerste regel eens onder de loep nemen, en kijken wat het betekent voor de dagelijkse omgang met tal van medespelers.